‘Ga terug naar ‘start’, u ontvangt geen 200 gulden’. Dat stond destijds, toen we thuis nog bordspelletjes speelden op een kanskaart in het Monopoly-spel. Ik heb nooit begrepen waarom deze boodschap op een ‘kans’- kaart stond. Het zette je lelijk op achterstand in het verwezenlijken van het doel van Monopoly: verwerving van grootkapitaal en uitzuigen van je medespelers.
Robert overkwam ook zoiets maar is daar niet meer zo treurig over. Robert (35) werkt als toezichthouder bij een gemeentelijke dienst. Toen hij na een reorganisatie werd ontslagen (‘last-in, first out’) en bij ons outplacement ging doen hadden zowel hij als ik het idee dat ook kritiek op zijn functioneren een rol heeft gespeeld. Dat werd van werkgeverszijde echter niet bevestigd. Nadat we een DISC-profiel (een gedragsvoorkeurentest) hadden getrokken bleek Robert vooral een extrovert-mensgericht gedragspatroon te laten zien. Extrovert-mensgericht houdt in: Enthousiast, artiesten gedrag , medemensen inspireren, vol van vertrouwen in ’s mensen goedheid.
Mooie kerel die Robert. Maar niet zo geschikt voor een controlerende en handhavende functie. Van Robert werd verwacht dat hij na één waarschuwing proces-verbaal opmaakt en boetes uitdeelt. Robert echter, vervuld van vertrouwen in zijn medemensen, liet het doorgaans bij waarschuwingen. Na een waarschuwing komt het immers goed? Niet dus. Robert vertrouwde meer op zijn eigen opvattingen in deze dan de score van opgelegde sancties. Zijn collega’s ergerden zich steeds meer aan hem.
Daar kwam Robert achter toen hij zijn oude werkgever benaderde voor een netwerkgesprek. Nadat hij zelf met een analyse kwam over zijn functioneren raakte hij weer in gesprek met zijn leidinggevende. Ze bespraken de voor- en nadelen van Roberts profiel. Robert vertelde ook dat zijn voorkeur uitgaat naar een functie waarin advies, onderwijs en organisatieontwikkeling centraal staat. Zijn oude werkgever toonde zich daarvoor gevoelig: Robert werkt nu weer bij zijn oude baas, maar nu in een functie als organisatieadviseur. Hij ontwerpt de nieuwe organisatie, overlegt over informatiestromen en geeft trainingen aan het personeel. Toen ik hem onlangs nog sprak toonde hij zich in zijn nopjes. Robert blijkt een natuurtalent te hebben voor dit type werk. Zijn overeenkomst is omgezet in één voor onbepaalde tijd. Wel adviseerde ik hem om zich nog te laten bijscholen. Organisatieadvies is tenslotte óók een vak.
Robert is na een outplacement van enkele maanden terug bij zijn oude werkgever. Hij ontving, net als in Monopoly, géén 200 gulden. Maar hij verdíent die ‘200 gulden’ nu wel (en meer) bij zijn oude baas die eerst juist van hem af wilde. Ook outplacement kent soms onverwachte wendingen.
Auteur: Herman Leusman